Waarom leren niet vanzelf gaat - 10 Inzichten voor de leerkracht

Dit boek heeft als doel uit te leggen hoe jij als leraar en hoe jouw leerlingen denken en leren. Met deze kennis kun je vervolgens je onderwijspraktijk effectief verbeteren. Daartoe reikt de auteur tien ‘lessen’ (principes) aan. Zo zijn mensen nieuwsgierig, maar niet van nature goede denkers. Het advies is dan ook om leerlingen uit te dagen om te denken, en ze actief te betrekken bij de vraag (motivatie). Ook in de huidige maatschappij is het leren van feiten essentieel (de basis van kritisch denken). Om goed na te kunnen denken over een onderwerp heb je dus feitenkennis nodig. Iets onthouden is een gevolg van nadenken. In je lesvoorbereiding focus je daarom op waar de leerlingen tijdens de les aan zullen denken. Daarnaast begrijpen we nieuwe dingen in de context van wat we al weten. Bouw daarom eerst aan oppervlakkige kennis, dan aan diepe kennis.

Ook vraagt een cognitieve taak om uitgebreide oefening. Stel vast wat de leerlingen absoluut moeten beheersen en oefen daarna gespreid en afwisselend. Leerlingen moeten denken als een expert, bouw dat vanaf het begin goed op. Streef naar diepe kennis bij je leerlingen, niet naar zelf ontwikkelen van kennis. Vervolgens gaat de auteur in op dat leerlingen meer lijken op elkaar, dan dat ze verschillen. Leerlingen verschillen echter wel in intelligentie, maar die verandert door hard te werken. Praat daarom over succes en falen in termen van een proces, en niet als vaardigheid. Een ander inzicht is dat technologie wel verandert, maar niet de manier waarop we denken. Je moet zicht hebben op welke processen bij de leerlingen beïnvloed worden door technologie, en kritisch zijn op de inzet ervan.

Het boek kan het werk van de leerkracht leuker en uitdagender maken. Leerlingen worden geactiveerd en meer gemotiveerd. Het gaat écht om meer onderbouwd lesgeven. Dat wordt in dit boek aangereikt. Het boek vraagt gerichte aandacht, maar is erg interessant!